Topruiters van over de ganse wereld opereren vanuit Vlaanderen. Onze streek heeft hen immers heel wat te bieden: Een ideale ligging centraal in Europa, een groot reservoir aan wereldpaarden, meer dan degelijke accommodaties, omkadering op topniveau (gespecialiseerde dierenartsen, dierenklinieken, hoefsmeden), begeleiding door topcoaches, ...
Het hoeft niet te verwonderen dat nogal wat potentiële topruiters naar Vlaanderen willen komen om hier verder opgeleid te worden voor de topsport en daarbij gebruik willen maken van de in Vlaanderen beschikbare begeleiding en omkadering op topniveau. Ook hooggekwalificeerde sporttechnische begeleiders worden aangetrokken door wat hippisch Vlaanderen te bieden heeft. Op de wereldruiterspelen te Kentucky bleken de vier best geklasseerde jumpingruiters allemaal het grootste deel van het jaar op Vlaams of Belgisch grondgebied te verblijven en zich te laten begeleiden door een Vlaming: Philippe Lejeune door Dirk Demeersman, Rodrigo Pessoa door Jos Kumps, Eric Lamaze door Gilbert Deroock en Abdullah Al Sharbatly door Stanny Van Paesschen. Om maar te zeggen dat onze paardenexpertise wel degelijk wereldwijd gewaardeerd wordt. We mogen uit dit fenomeen zeker afleiden dat de vele inspanningen die onze regio aan de wereldtop hebben gebracht, hun vruchten blijven afwerpen.
In omgekeerde richting verplaatsen ook heel wat Vlaamse lesgevers zich naar het buitenland. Zij volgen dan vaak een buitenlandse ruiter die eerder hier gevestigd was en zijn training buiten onze landsgrenzen wil verderzetten.
Zowel Vlaamse lesgevers gevestigd in het buitenland als buitenlandse ruiters gevestigd in Vlaanderen vormen een sterke schakel in de internationale vermarkting van onze toppaarden. De Vlaamse lesgevers prijzen onze paarden aan bij hun internationaal cliënteel en buitenlandse ruiters spelen een belangrijke rol bij de verkoop van Vlaamse sportpaarden naar hun thuisland. Het is essentieel dat buitenlandse (potentiële) topruiters en sporttechnische begeleiders goed geïnformeerd worden over de administratieve formaliteiten die nodig zijn om toegang te krijgen tot ons land. Ze moeten duidelijk weten hoe en onder welke voorwaarden ze een verblijf, een toelating tot arbeid of een beroepskaart kunnen verkrijgen. In de praktijk blijkt dit regelmatig tot problemen te leiden.
In dit dossier
Na constructief overleg tussen de Vlaamse paardensector en de bevoegde overheden, werd recent een oplijsting gemaakt van de voorhanden zijnde mogelijkheden en de praktische uitwerking ervan met concrete oplossingen voor concrete problemen. Hiervan kan momenteel reeds gebruik gemaakt worden. Dit dossier geeft een overzicht van de regels, procedures en tips voor de hippische sector.
1. Toelating tot arbeid (arbeidskaart of gecombineerde vergunning), beroepskaart en verblijf
Om als buitenlander werkzaam te zijn in Vlaanderen, moet u over een visum beschikken. Dit visum kan er eentje zijn voor kortverblijf (Visum type C voor werkzaamheden van maximum 90 dagen)); een Schengenvisum (werknemer die 90 per 180 dagen werkt in België) of langverblijf (Visum type D voor werkzaamheden langer dan 90 dagen). Verder heeft de buitenlander ook een arbeidskaart, gecombineerde vergunning of beroepskaart nodig, afhankelijk van de duur van de arbeid of het soort arbeid (in dienstverband of als zelfstandige).. EU-onderdanen hebben deze niet nodig. Ook inwoners van bepaalde landen die niet tot de EU behoren (bv. Noorwegen, Ijsland, Liechtenstein, Zwitserland) zijn vrijgesteld. Ziehier de link naar de website waarop alle vrijstellingen mbt aanvraag toelating tot arbeid vermeld staan en op deze website alle vrijstellingen voor een beroepskaartaanvraag;
- Een visum is een toelating om in België binnen te komen of om er doorheen te reizen. Het afleveren van visa is de bevoegdheid van de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ). Dit proces verloopt via de Belgische diplomatieke of consulaire posten.
- De beroepskaart voor vreemdelingen is een machtiging die buitenlanders toelaat om in België zelfstandige activiteiten uit te oefenen. Wil een buitenlander als zelfstandige in België verblijven, dan zal hij/zij geen visum kunnen bekomen zonder beroepskaart. Voor het afleveren van beroepskaarten is elk gewest in België bevoegd.
- Om als buitenlandse werknemer in België arbeid in loondienst te kunnen verrichten, moeten men een arbeidskaart of gecombineerde vergunning hebben. De werkgever van de betrokkene moet bovendien vooraf voor de werknemer een toelating tot arbeid aangevraagd hebben waarna er een arbeidsvergunning verleend wordt. Wil u als werknemer in België verblijven, dan zal u geen visum kunnen bekomen zonder deze documenten. Het soort werk dat de buitenlander zal verrichten, bepaalt of hij zal worden toegelaten tot de arbeidsmarkt. Voor elke categorie gelden aparte voorwaarden en procedures.
2. Meer info en contactgegevens
Heeft u nood aan informatie over dit onderwerp, dan kan u uiteraard terecht bij PaardenPunt Vlaanderen, maar ook bij de bevoegde overheidsdiensten.
PaardenPunt Vlaanderen
» Klik hier om ons te contacteren.
Departement WEWIS1 – Dienst Economische Migratie (arbeidskaarten, gecombineerde vergunningen, beroepskaarten)
Koning Albert II-laan 15 bus 380; 1210 Brussel | T 02 553 4300 | | beroepskaart@vlaanderen.be en arbeidskaart@vlaanderen.be
Website Toelating tot arbeid : https://www.vlaanderen.be/werken/een-buitenlander-in-vlaanderen-tewerkstellen
website beroepskaarten: https://www.vlaanderen.be/werken/in-vlaanderen-komen-werken/beroepskaart-voor-buitenlandse-ondernemers
Visa
Dienst Vreemdelingenzaken
3. Beroepskaart
De beroepskaart is verplicht voor wie niet over de Belgische nationaliteit beschikt en in het Vlaamse Gewest een zelfstandige beroepsactiviteit uitoefent (of wil uitoefenen), ongeacht de duur van de activiteit in België.
Er is geen beroepskaart nodig als u de nationaliteit hebt van:
- Een land uit de Europese Economische Ruimte (EER): de landen van de Europese Unie + IJsland, Noorwegen en Liechtenstein
- Zwitserland.
Een zelfstandige beroepsactiviteit is elke activiteit die niet kan worden beschouwd als de tewerkstelling van een arbeidskracht (prestaties geleverd onder gezag, binnen of buiten de arbeidsovereenkomst). Het maakt daarbij niet uit of het gaat om een:
- onderneming zonder rechtspersoonlijkheid, zoals een maatschap of een natuurlijke persoon die als zelfstandige werkt binnen een eenmanszaak
- onderneming met rechtspersoonlijkheid, zoals een besloten vennootschap of vzw
- nieuwe of bestaande onderneming en/of vestiging
- tijdelijke of langdurige activiteit.
Mogelijke voorbeelden van zelfstandige beroepen binnen de paardensport zijn: zelfstandige paardenhandelaar, zelfstandige paardeninstructeur/trainer, zelfstandig ruiter, zelfstandig paardenarts, zelfstandig paardenosteopaat, etc
Op 1 januari 2022 trad het nieuwe decreet over beroepskaarten in werking. Dat betekent dat er sindsdien nieuwe toelatingsvoorwaarden gelden. Er zijn 3 categorieën van zelfstandige beroepsactiviteiten waarvoor u een beroepskaart kan aanvragen. Om in aanmerking te komen voor een beroepskaart moet uw zelfstandige activiteit in 1 van deze categorieën passen:
- zelfstandige beroepsactiviteit met een economische meerwaarde (klassieke onderneming): voorbeeld zelfstandig paardenhandelaar
- zelfstandige beroepsactiviteit met een innovatieve meerwaarde: voorbeeld zelfstandig paardenosteopaat die nieuwe technieken op paarden toepast
- zelfstandige beroepsactiviteit met een sportieve, culturele of artistieke meerwaarde.
Voor gedetailleerde informatie verwijzen we naar de webpagina
Buitenlandse onderdanen die over een wettig verblijf in België beschikken kunnen hun aanvraag voor een eerste beroepskaart indienen via het online WSE-loket en voeren de betaling van 140 euro uit.
Wie in het buitenland verblijft of over geen geldige verblijfsvergunning voor België beschikt, dient zijn aanvraagdossier in bij de Belgische diplomatieke of consulaire post in het land van geldig verblijf. De medewerkers ter plaatse zullen u de praktische details bezorgen voor het betalen van de aanvraagkost van 140 euro.
Op basis van de beroepskaart kan een niet-EU onderdaan een Visum type D (langverblijf) bekomen als hij nog niet over verblijfsrechten in België beschikt. Bij ontvangst van Visum D kan u afreizen naar Vlaanderen en uw beroepskaart afhalen in het door u gekozen ondernemingsloket, waar u 90 euro betaalt per jaar dat de kaart geldig is. Voorbeeld: voor een beroepskaart die 2 jaar geldig is, betaalt u 180 euro.
4. Toelating tot arbeid
Een toelating tot arbeid is nodig om als niet-EU-onderdaan in dienstverband tewerkgesteld te kunnen worden. Indien het verblijf, dat gepaard gaat met de tewerkstelling die ten hoogste 90 dagen zal duren (m.u.v. internationale sportwedstrijden, zie hoger), is dat een toelating tot arbeid met een arbeidskaart en -vergunning. Echter als het verblijf langer dan 90 dagen zal duren, dient dat via een toelating tot arbeid met een gecombineerde vergunning te gebeuren (aan te vragen via het Uniek Loket www.workinginbelgium.be).
Of het nu met arbeidskaart of gecombineerde vergunning is, voor niet-EU onderdanen is er de mogelijkheid om een toelating tot arbeid te bekomen voor zeer uiteenlopende categorieën, waarbij vooral tewerkstelling als ‘hooggeschoolde’ en ‘knelpuntberoep’ de meest voorkomende zijn in het Vlaams Gewest. ‘Hooggeschoolden’ dienen te voldoen aan een minimaal jaarloon en beschikken over een diploma hoger onderwijs – de ‘knelpuntberoepen’ gaan om technische middengeschoolde beroepen waarvoor in Vlaanderen onvoldoende arbeidskrachten beschikbaar zijn terwijl de vraag erom hoog is (ministeriële lijst met specifieke functies). Deze categorie heet voortaan ‘middengeschoolde functies’ en de functies binnen deze categorie zijn terug te vinden onder de migratielijst middengeschoolde functies.
De migratielijst middengeschoolde functies en de knelpuntberoepenlijst van de VDAB zijn twee verschillende lijsten.
- Komt de functie van uw werknemer voor op de migratielijst middengeschoolde functies, dan volgt u deze procedure.
- Komt de functie van uw werknemer voor op de VDAB lijst, dan volgt u de procedure beschreven bij de categorie ‘Overige’.
Voor laaggeschoolde functies bestaat er een soort van restcategorie, zoals bepaald in artikel 18, §1 van BVR 7/12/2018, genaamd de categorie ‘overige’. Voor deze categorie ‘overige’ zijn er striktere voorwaarden, waarbij vooral aangetoond moet worden dat de werkgever op de Vlaamse>Belgische>Europese arbeidsmarkt geen kandidaat-werknemers vindt om de vacature in te vullen. De werkgever moet aantonen dat er voor invulling van de vacature gedurende lange tijd (minstens 9 weken) gezocht werd in Vlaanderen, België en de EU. Dat kan door een vacature te publiceren op de platformen van de VDAB en EURES gedurende een aaneengesloten periode van minstens negen weken in de periode van 4 maanden onmiddellijk voorafgaand aan de aanvraag van toelating tot arbeid. Verder dient de functie voor de te komen op de knelpuntberoepenlijst van de VDAB, betreft de functie een kwalificatieniveau 2, 3 of 4 en werd er actieve bemiddeling bij de VDAB aangevraagd.
Op basis van de categorie ‘overige’ zijn er de afgelopen jaren voor de functie ‘groom’ en ‘stalknecht’ met niet EU-nationaliteit toelatingen tot arbeid door Vlaanderen uitgereikt.
De VDAB onderzoekt en bepaalt hoeveel beschikbare werkzoekenden er zijn ten opzichte van het aantal vacatures voor een bepaalde functie of job. Voor de functie paardenverzorger: zijn er in West-Vlaanderen bv. 22,74 werkzoekenden per vacature, terwijl er in Antwerpen 40,90 zijn (situatie in april 2023). Daaruit kan afgeleid worden dat er voldoende werkzoekenden zijn voor die vacatures op dit moment. Dat wil niet zeggen dat automatisch alle aanvragen toelatingen tot arbeid voor die functies worden afgewezen. Echter kan het zijn dat specifieke vereisten ervoor zorgen dat men toch op de Vlaamse>Belgische>Europese arbeidsmarkt geen kandidaat-werknemer vindt (vb. kunnen paardrijden op een bepaald niveau, bv. 1m20 springen). De vacature moet dan anders omschreven
worden dan ‘gewoon’ paardenverzorger. De vacature moet uitgeschreven worden op niveau van de EU. Er is immers-voorrang voor werkzoekenden die reeds in EU aanwezig zijn (hetzij EU-onderdanen, hetzij derdelanders). Om daaraan tegemoet te komen kan men het beste de vacature uitschrijven op Europees niveau.
De inkomstengrens voor de categorie “overige”, is het respecteren van de wettelijke inkomstengrenzen zoals bepaald in de paritaire comités. Voor de professionele hippische sector is dat bepaald in het Paritair Comité 144.
Voor de aanvraag van tewerkstelling voor een vacature voor de categorie “overige”: mag de kandidaat niet in het land aanwezig zijn. Indien de kandidaat al in België verblijft moet die vóór het indienen van de aanvraag België verlaten. Voor de andere categorieën mag de buitenlandse werkkracht op basis van legaal (kort) verblijf in België aanwezig zijn maar de aanvrager mag zich niet op de werkvloer bevinden. Indien men wel reeds aanwezig is op de werkvloer of reeds verblijft bij de werkgever is er een schijn van tewerkstelling.
Daarnaast is er de mogelijkheid om als ruiter, menner of zelf trainer aan de slag te gaan als ‘professioneel sportbeoefenaar’. Om in aanmerking te komen voor die categorie dient de sportman of -vrouw te voldoen aan de federale tewerkstellingsregels inzake professioneel sport beoefenen (namelijk een bepaalde minimumgrens van inkomsten verwerven uit die sportactiviteiten) maar bijkomend aan de Vlaamse loonvoorwaarde van minstens 98 356 euro (in 2024 en vanaf 2025 101 019 euro) euro bruto per jaar – tenzij als trainer die niet tewerkgesteld wordt als professioneel sportbeoefenaar: dan volstaat 49 178 euro (voor 2024 en vanaf 2025 50 509.5 euro) euro bruto per jaar.
5. Kort verblijf – toeristenvisum – maximaal 90 dagen
Aan de hand van een visum kort verblijf (visum geldig voor maximaal 90 dagen binnen een periode van 180 dagen) kan er deelgenomen worden aan internationale wedstrijden of kan men voor maximaal 90 dagen de paardensport beoefenen.
Voor deelname aan internationale wedstrijden heeft een professioneel sportbeoefenaar zoals een ruiter/menner geen toelating tot arbeid nodig om te ‘werken’ tijdens een kort verblijf (maximaal 90 dagen). Dit is bepaald in artikel 16, §2 van het BVR 7/12/2018 inzake tewerkstelling van buitenlandse werknemers.
In Vlaanderen kan het toeristenvisum niet gebruikt worden als basis om als zelfstandige te ondernemen of in loonverband te werken. Voor deze activiteiten is een Visum D (type langverblijf) nodig. Dit document kan enkel bekomen worden via het ontvangen van een beroepskaart of een toelating tot arbeid.
6. Visum voor langer dan 90 dagen afgeleverd door de Dienst Vreemdelingenzaken
De realiteit is dat niet-EU-onderdanen in de paardensport in België voor langere termijn willen verblijven, zonder dat ze hier in loonverband werken of een zelfstandige activiteit uitoefenen.
Vaak is dat omwille van hoogstaande sporttechnische begeleiding in functie van paardensport op hoog niveau. Om zeer specifieke redenen, zou de Dienst Vreemdelingenzaken hiervoor een visum kunnen afleveren. Het gaat dan vooral om mensen die klant zijn bij Belgische bedrijven. Ze betalen voor het gebruik van de infrastructuur en de sporttechnische begeleiding en het kopen van paarden voor aanzienlijke bedragen.
De Dienst Vreemdelingenzaken beslist over de toelating tot het Belgisch grondgebied. Hiervoor wordt het beste met hen contact opgenomen.