De FOD Volksgezondheid verspreidt richtlijnen die de regelgeving rond de identificatie van paardachtigen verduidelijken.
Bij de toepassing van de verplichte identificatie van paardachtigen stelden zich nogal wat concrete vragen:
Bij de toepassing van de verplichte identificatie van paardachtigen stelden zich nogal wat concrete vragen:
- Bij wie kan de eigenaar terecht om een onvolledig paspoort (bv. met een ontbrekende medische bijlage) te vervolledigen?
- Wat als het paspoort van een paard verloren gaat?
- Hoe gaan we om met paarden waarvoor ten laatste op 31.12.2009 een identificatieaanvraag werd ingediend, maar waarvoor nog geen paspoort werd afgeleverd?
- Wat moet er gebeuren met paarden die niet beschikken over een EU-conform paspoort?
- Hoe moeten we geïmporteerde paarden (van buiten de Europese Unie) behandelen?
- …
Laattijdige identificatie
In nogal wat gevallen zullen paarden uitgesloten worden uit de voedselketen. Bijvoorbeeld omdat ze niet tijdig geïdentificeerd werden aan de hand van een microchip, de registratie in de centrale gegevensbank en het afleveren van een paspoort.
Verlies van het paspoort
Het verlies van het paspoort kan een andere reden zijn om een paard uit te sluiten uit de voedselketen. Er wordt wel enige soepelheid aan de dag gelegd. Zo kan de uitsluiting voor stamboekpaarden waarvan het paspoort verloren ging onder bepaalde voorwaarden beperkt blijven tot zes maanden.
De aanwezigheid van het originele paspoort op de pensionstal
Ook voor het probleem van de pensionstallen die vaak niet konden beschikken over de originele paspoorten van de bij hen gestalde paarden, werd een oplossing gevonden. Het is nu voldoende dat de pensionhouder over een contract beschikt waarin staat waar het paspoort zich bevindt en eventueel een kopie van het paspoort voor handen heeft.